Spes Mea
Spes Mea
De mooiste nog zeilende zeetjalk van Nederland
Waarom zeilen met de Spes Mea ?
Omdat de Spes Mea een prachtig schip is verdient ze het om goed onderhouden te worden. Daarnaast hechten wij veel waarde aan veiligheid en duurzaamheid.
EISEN
De Spes Mea voldoet aan alle eisen van de Binnenschepenwet
RUIMTE
Er is veel zit-, lig- en relaxruimte aan dek
BEMANNING
De Spes Mea heeft een zeer ervaren bemanning
STABILITEIIT
De Spes Mea is een stabiel schip met goede zeileigenschappen
HUTTEN
Hoofdzakelijk 2-persoons hutten met een wasbakje, verwarming en ventilatiemogelijkheid. Comfortabele kooien (bedden) 80x200cm (8 van 210 cm)
GTL
Vanaf 2019 varen we op GTL (Gas To Liquid). ALs de DAF aan gaat is dat zonder roetuitstoot
STAHOOGTE
Stahoogte door het hele schip (behalve in de roef 😉
SANITAIR
Luxe wc (dames & heren) en 2 aparte ruime douches
DIEPGANG
Het hele Wad bezeilbaar door geringe diepgang (1,20 m)
SFEER
De bemanning en het schip creëren een gemoedelijke, gezellige en gastvrije sfeer. Het interieur doet daar nog een schepje bovenop.
CATERING
Ervaren catering in eigen beheer door Caro van der Meulen. http://www.carokookt.nl
GARANTIEFONDS
Alle reizen zijn gedekt onder het garantiefonds VZR-garant.
Het interieur
In het schip treft u een gezellige salon aan met twee grote tafels met daaromheen gestoffeerde banken. In de keuken staat een groot horeca fornuis met 6 pitten. Goede pannen, keukengereedschap, voldoende borden etc. etc.; de keuken is prima uitgerust. Een kok likt z’n vingers erbij af! Naast de trap bevindt zich een tapinstallatie waar u een koud biertje uit kunt tappen als u dat wenst. Het sanitair bestaat uit twee toiletten en twee ruime douches. Op de plattegrond kunt u een goed indruk krijgen van de indeling van het schip en de hutten. De Spes Mea is een ruim, praktisch en warm ingericht schip.
De plattegrond van de Spes Mea
Onze bemanning
Hanny Tempert
Jan van Berge
Bas Akkermans
Caro van der Meulen
Klaas Bosch
De buitenkant
Tuigage
Op deze foto zie je de “Spes Mea” met bijna alle zeilen bij. Grootzeil, fok en kluiver zijn de standaardzeilen De extra zeilen zijn de breefok en het waterzeil. Het grootzeil wordt grotendeels bediend met behulp van lieren, de overige zeilen “op de hand”. De Ra en de Breefok zijn in 2019 verwijderd. Dit komt de zeileigenschappen ten goede!
Hieronder een illustratie van het standaardtuig van een tjalk.
Onder de giek kan bij voor de wind en ruime wind het waterzeil worden gevoerd. Naast de ‘standaard-kluiver’ is er ook nog een grote kluiver aan boord voor de wat lichtere weertypes. Totaal: plm. 320 m2 zeilplezier.
Verder is goed te zien dat de mast verstaagd is met diversen stagen (staaldraden) die boven uit de mast naar de romp lopen. Dit is om de mast stijfheid ten opzichte van de romp te geven. Eén naar voren, de voorstag, waarlangs de fok gehesen kan worden. 4 Stagen naar stuur- en bakboord. Al deze stagen zijn vast. D
e twee stagen die schuin naar achter lopen heten bakstagen. Deze stagen zorgen voor een strakke voorstag. Waarvan de loefzijde altijd strak moet staan en lijzijde los is. (wind en windschaduw zijde). Op deze manier kan de giek uitzwaaien.
Naast het schip hangen de zwaarden. Deze grote houten ‘planken’ steken aan lijzijde in het water. Ze voorkomen het verlijeren; platbodems hebben geen kiel.
De romp
Een tjalk is te herkennen aan haar bolle steven en achterschip. Het boeisel, bovenste rand van het schip, loopt hier iets naar binnen. Het berghout, de stootrand om het schip, is zwaar uitgevoerd op de kop en kont van het schip. De voor- en achterstevenbalk zijn ook zwaar uitgevoerd. Aan de achtersteven is het zogenaamde aangehangen roer bevestigd. Bovenop het roer is meestal de helmstok bevestigd. Maar vele grote tjalken zijn nu uitgerust met een stuurrad. Zo ook de “Spes Mea”. De tjalk is eigenlijk de oervorm van het Nederlandse vrachtschip. Vroeger uitsluitend uitgevoerd in hout. Na plm. 1880 werden deze schepen van ijzer gebouwd. Het materiaal veranderde, de vorm bleef. Vooral het platte vlak (bodem) is erg typerend voor deze boten. Tjalken, maar ook ander scheepstypen, worden ook wel platbodem genoemd. Hiermee kon men goed varen door de vaak ondiepe wateren van Nederland.
Alle technische gegevens van de “Spes Mea” vindt je op de pagina technische gegevens.
Technische Gegevens
Technische gegevens
- Lengte: 26 meter
- Breedte: 5,40 meter
- Zeiloppervlak: 240m2,
Inclusief bijzeilen: 410m2 - Mast: 23,5 meter
- Diepgang: 1,20 meter
- Motor: Daf 1160 met 186 Pk
Faciliteiten
- 20 slaapplaatsen
- 6 tweepersoonshutten met warm/koud stromend water, CV
- 2 vierpersoonshutten met warm/koud stromend water, CV
- 2 douches met CV
- 2 toiletten (Sanibroyeur)
- professionele keuken, inclusief electrische oven
Capaciteit
- overnachting: max. 20 personen
- dagtocht: max. 25 personen
Tuigage
Voor het tuig is zo’n 1400 meter touw en 350 meter staaldraad gebruikt.
RONDHOUTEN
- Mast: 23,5 meter
- Giek: 13,5 meter
- Gaffel: 7 meter
- Fokkeboom: 7 meter
- Kluiverboom: 7 meter
ZEILEN
- Grootzeil: 134 m2 (3 reven)
- Fok: 63 m2 (1 rif)
- Kleine kluiver: 28 m2
- Grote kluiver: 50 m2
- Waterzeil: 20 m2
LIEREN
- 2 zwaardlieren (Hydraulisch aangedreven)
- zeillier (grootzeilvallen, kluiverstagen)
- schootlier (grootzeilschoot)
- ankerlier (stok- en klipanker)
- lewmar potlier (kluiverschoten)
Techniek
Machinekamer
- Hoofdmotor: Daf 1160(186 PK)
- Keerkoppeling: PRM 1000D
- Generatorset: Mitsubishi 9,5 kVa
- Accu’s: Tractieset 690 amp/h
- Omvormer/lader: Victron 3000 Watt/70 Amp.
- Verwarming/heet water: dieselgestookte CV ketel met boiler
- Hydrofoor: Speck
- Lens/dekwas/vuilwaterpomp
Navigatie
- magneetkompas
- GPS (satellietnavigatie)
- WinGPS op een laptop
- AIS (transponder scheepsgegevens)
Tanks
- Diesel: 0,84 ton / 1000 liter
- Drinkwater: 4,6 ton / 4600 liter
- Vuilwater: 1 ton
History van de Spes Mea
Beltvaarder
De Spes Mea, een Groninger zeetjalk, werd in 1902 in opdracht van Jan Dost gebouwd bij werf Boerema te Martenshoek (nabij Hoogezand, Groningen). Zij werd in de vaart gebracht als zeilende kustvaarder van 91 brt (bruto register ton = 2,8 m3) en vervoerde zout, hout, kolen en veevoeder op Engeland, Noorwegen, Zweden, Denemarken en Duitsland. Omdat ze op de Belten voer, de wateren in de Oostzee, werd ze ook wel Beltvaarder genoemd.
Binnenschip
In 1924 werd de Spes Mea overgenomen door dhr R. Krook, die er met zijn vrouw en zoon op ging varen.
In 1938, toen de Spes Mea niet meer kon concurreren met nieuwere grotere zeeschepen, werd het een binnenvaartschip (de laatste zeereis, met als lading turf, had een maand geduurd en had slechts 300 gulden opgeleverd). In de binnenvaart was de maximale waterverplaatsing 168 ton, de lading betrof met name bulkgoed. Krook sr. was (gelukkig) nogal behoudend; terwijl collega’s grotere schepen bouwden en tuigage verwijderden, bleef hij zeilen. Krook jr. echter was het zeilen meer dan zat en toen pa van boord ging werd het aanwezige kleine hulpmotortje accuut verwijderd en vervangen door een 2 cilinder Deutz van 38pk. De zeiltuigage werd verwijderd zodat het laadruim groter kon worden. Dit gebeurde pas in 1954, veel later dan de collega-binnenschepen.
Van woonschip tot charterschip
Maar ook in de binnenvaart werden schepen groter en de Spes Mea was al snel weer ouderwets. Krook jr. hield het in 1968 voor gezien,
hij legde het schip voor de wal in Purmerend en werd brugwachter. Tot zijn overlijden in 1987 woonde hij op de Spes. Daarna wisselde het schip van eigenaar om omgebouwd te worden tot woonschip.
In die vorm beviel het echter niet, zodat de Spes Mea in 1989 werd doorverkocht aan Jan van Berge. Als schooljongen al kende hij het schip en hij was vaak op bezoek geweest bij de toenmalige eigenaar. Jan herstelde de Spes Mea weer in haar oude glorie en maakte haar tot wat ze nu is; een mooie stoere zeetjalk.
In 1998 is het schip, dat thans als comfortabel charterschip met ruimte voor 20 gasten en Harlingen als thuishaven heeft, eigendom geworden van Klaas Bosch en Danny Munnikes. In 2003 heeft Danny dit tweemanschap verlaten en nu is Klaas Bosch de eigenaar.
In ons fotoalbum staan meer foto’s van de Spes Mea van vroeger.